Darts is sinds drie jaar aan een heuse heropleving bezig sinds onder meer Dimitri Van den Bergh en Kim Huybrechts furore maken op internationale toernooien. We zitten niet alleen met steeds meer voor onze televisie om de prestaties van onze Belgen te volgen, er worden ook weer meer toernooien georganiseerd. Dit tot groot genoegen van de darters.
Recht in de roos
Darts is populairder dan ooit en dat heeft er ook voor gezorgd dat het niveau fors gestegen is. Wie wil meespelen op toernooien moet niet enkel over een goede oog-handcoördinatie beschikken, maar ook veel trainen. We beginnen even bij het begin voor de leken. De meesten onder ons hebben ooit wel al eens met een pijltje naar een dartbord gegooid, maar bij een echte wedstrijd zijn er natuurlijk ook spelregels. Zo is het bij elk spelletje of ‘leg’ de bedoeling om zo snel mogelijk de teller van 501 naar 0 te krijgen. De worpen worden afgetrokken van je beginsaldo. Het is de bedoeling om telkens zo hoog mogelijk te scoren met 3 pijlen, om de teller zo snel mogelijk op exact 0 te krijgen. Punten kunnen variëren van 1 tot en met 20, maar worden verdubbeld in de buitenste ring en verdriedubbeld in de binnenste ring. De roos geldt ook als een dubbel. In de roos werpen is goed voor 50 punten, de groene cirkel rond de roos is 25 punten waard. De hoogste score die je kan behalen per worp is 180 oftewel de bekende ‘one hundred and eighty’ die bij grote wedstrijden met veel animo wordt uitgeroepen door de caller. Je kan een spel alleen eindigen met een dubbele worp. Wie het eerst een bepaald aantal spelletjes of legs wint, is de winnaar.
Van hobby tot competitie
Tot zover de theorie. In de hoogdagen waren er in Oostende competities voor dames en heren met ploegen van acht tot zelfs tien spelers. De jongste tien jaar kreeg het verenigingsleven zware klappen, maar ondertussen is het tij opnieuw gekeerd. Zo is er de Darts competitie Middenkust. “Darts was inderdaad dood in de regio”, zegt voorzitter Kurt Quidosse. “Sinds het op tv komt hebben we geprobeerd om de competitie nieuw leven in te blazen en met succes want we hebben nu 18 ploegen. Je kan zoveel leden inschrijven per ploeg als je wil, maar je moet minimum met 4 zijn om te kunnen starten in de competitie. Het gaat om een mix van oude en nieuwe spelers. Er zijn veel jonge spelers bij gekomen. Het is super dat de sport herleeft. Er worden daardoor veel toernooien georganiseerd en individuele kampioenschappen met heel veel goede spelers in de regio”, vult Kurt nog aan.
Door de ogen van een bijna-prof
Voor het reilen en zeilen in de sport kloppen we aan bij Oostendenaar James Vanbesien (45) die al meer dan 20 jaar actief is in de sport. Op televisie lijkt het een gemakkelijke sport, “maar er komt toch meer bij kijken dan de meeste mensen denken”, licht James toe. Hij is zelf begonnen op zijn 19 jaar. “Ik trainde toen elke dag tijdens mijn vrije momenten. Dat kwam neer op zo’n 2 tot 3 uur per dag. In het weekend was dat nog meer. Die training is belangrijk om beter te worden, maar je moet er ook wel aanleg voor hebben om het ver te schoppen”, vertelt James.
Daarnaast moet een goede dartspeler ook goed kunnen rekenen. “Van zodra je op een bepaald niveau komt moet je heel snel kunnen rekenen hoeveel punten je nodig hebt om zo snel mogelijk uit te spelen. Darts is dan ook echt een concentratiesport. Als ik een ganse dag gespeeld heb op een toernooi ben ik behoorlijk uitgeput.”
Het ultieme doel voor elke darter is om een 9-darter te gooien. “Dat betekent dat je 9 pijlen nodig hebt om uit te spelen oftewel 2 keer die fameuze 180 en dan de resterende punten. “Ik was er al enkele keren heel dichtbij. Mijn beste poging was 10 pijlen. Als je voelt dat het bijna gaat lukken dan komt de adrenaline echt naar boven, maar het blijft heel moeilijk. Stress is sowieso een dooddoener bij darts. Je moet kalm en geconcentreerd blijven om te winnen.”
James heeft grote ambities in de sport. “Ik heb ondertussen enkele sponsors en ben onlangs nog tot in de halve finale geraakt in de Bull’s Open Germany. Er waren 500 deelnemers. Mijn doel is om in het professionele circuit te geraken”, besluit de Oostendenaar.
“Op televisie lijkt het een gemakkelijke sport, maar er komt toch meer bij kijken dan de meeste mensen denken. Urenlang trainen is de boodschap.” aldus James Vanbesien, fervent darter.
Tekst: Leen Belpaeme
Lees het volledig artikel in OMAG Citymagazine lente 2023!